dinsdag 18 mei 2010

De 100 km race

Zaterdag 15 mei
Vega - O Cebreiro -Alto do Poio
27 km

Zondag 16 mei
Alto do Poio - Samos
26 km

Maandag 17 mei
Samos - Sarria - Ferreiros
32 km




Galicia, de laatste etappe
De 100 km race. Waar de ironie begint...en zeker niet eindigt....

Galicia, Ferreiros 19h. Meson Mirallos

De Camino van iedereen.
De avondzon straalt. Dit geeft een heerlijk gevoel, het streelt alles wat gestreeld kan worden zonder fysieke ingreep..... . Ik zit op een klein geimproviseerd terrasje van een klein restaurant 'Meson Mirallos' midden de velden van de groene weilanden van Galicia. Het is er rustig, een klein beekje kabbelt haar opwindend ritme. In de verte de horizonten. Ze wenken geheimzinnig. Deze moeten nog gelopen worden. Het beste in peins en vree, in een sfeer van genoegdoening. De Camino passeert langs dit plekje. Deze weg is het drukste gedeelte van de Camino. 15 km eerder ligt het stadje Sarria. Een knooppunt. Dit is de favoriete plek voor vele spanjaarden (en anderen) om van hieruit 100 km van Camino te doen. De laatste voor mij, het begin voor anderen. Zo gaat het leven , voor de ene begint iets , voor de andere eindigt iets, en dan weer opnieuw. Het Levenswiel. En dit houdt nooit op. Het oneindige ritme van eb en vloed. 100 km bedevaart naar Jacobus. Het is het ultieme deel van de grote Camino die start in Roncesvalles. In Santiago krijg je een symbolische 'medaille' als je 100 km voor Compostela hebt gedaan. Dan ben je officieel een peregrino van goed gedrag en prestatie (zeden?). Je moet wel dagelijks je twee stempeltjes in je credential (geloofsboekje) laten afstempelen. Dan ben je flink geweest in de voetsporen naar Jacobus. Hij zal je zegenen voor de rest van je vrome leven. Als je voor vroomheid kiest, tenminste. Wat bestaat er naast vroomheid? Welk soort passie?

Changing climate
De sfeer onderweg is anders geworden. Rond, met en naast mij constateer ik een merkwaardig verhoogd ritme van schijnbaar gedreven schelpdragers. Het heeft trekjes van competitie. Ze zien er allen heel fris en vrolijk uit. In groepjes. De groepsgrootte varieert van een dappere eenzaat tot rugzakloze groepen van 10 a 15. Hun ballast wordt met een Renault Espace of iets kleiner vervoerd. Het kan een karikatuur worden. Ze tuigen zich voor de gelegenheid op met de uitrusting van de moderne pelgrim. Daar bestaan standaard pakjes voor. Dit is ook de Camino. Een massa-gebeurtenis voor het goede innerlijke doel. Naast de stappers zijn er de vele blitse fietsers in dito pakjes op stevige mountainbikes (die moeten 200 km doen voor hun Compostela erebewijs) die langs me razen. Ik zie ze soms in het heuvelachtig landschap de afdalingen hijgend en puffend optrappelen en met grote snelheid naar beneden suizen als gevleugelde vogels. Met een zwier sissen ze dan tussen de tanden 'bon camino'. Een blijk van suffering solidarity. Ik bedank ze steeds met 'gracias'.
Af en toe zie ik bekende gezichten die ik al eerder heb ontmoet. Er is een spontane solidariteit. Hier is Camino Jargon aan gekoppeld dat je enkel kan begrijpen als je de Camino doet of hebt gedaan.
' Heiss? Warm? Gutes wetter he , besser than in O Ceibreiro ? Ah die schnee und nebel. Is it schwer? Wie gehen die fusse? Blaren? Tendinitis? Gut geschlafen? Where you go to? Did you reserve? Happy? Where did we meet last time? Where did you start again -- St Jean? ...." Tja, waar praat je over als je de Camino loopt. Ik denk aan de Japanse auteur Murakami als ie over de marathon schrijft die ie loopt. Gelijkenissen. Wat denk je als je al die zieltjes passeert. Vragen die verbinding maken op de heilzame tocht die de Camino an sich voor velen is. Ik hoor en zie af en toe licht dramatische verhalen over 'schmerz am fusse'. Het lijdend edoch vrolijke bestaan van de Camino traveller. Je kan de Camino volbabbelen onderweg , als je wil. Het heerlijkst zijn die gesprekken die op korte termijn een diepte krijgen. Even delen, luisteren en vertellen en dan weer verder. Het laadt de batterij aan gedachten, ervaringen en zingeving van en rond de Camino. De betekenis groeit. Van ongefinieerd naar het wezenlijk.

Test van de conditie
De provinciegrens van Castilia y Leon met Galicia wordt op een symbolische manier overschreden voor de peregrinos. Daar speelt de berg van de Cebreiro een belangrijke rol in. Vanuit Villafranca stijgt het behoorlijk. Van 500m naar 1250 m. Een klim die me niet onberoerd liet. Het was koud en winderig, bovendien regende het. Stap voor stap stapte ik naar O Cebreiro, het hoogste punt. Ik voelde dat de vele km in de benen me de kracht van de goden gaf. Ja jongens, zo ben ik klaar voor de Mont Blanc. Doen? Het stappen ging onder een rustig rimte. Op 1200 m heb op het pad een bordje dat aangeeft dat de grens naar Galicia wordt overschreden. Fototje. En dan verder. Ik zie verder niets door de dikke mist rond me. Anders heb je hier een prachtig vergezicht. Het hoogste punt. O Cebreiro is een kleine pueblo. Het is er vol van mensen. Veel dagjestoeristen. Die zien niets , behalve mist. Troost in het cafe waar het lang wachten is op bediening. Overrompeling. Ik besluit verder te stappen langs de stille weg die voor de peregrinos is uitgetekend.

Nog 100 km
Ik passeer het punt waar velen van dromen. De 100 km voor Santiago. Het is een pietluttig paaltje vol met graffiti. Ik hou er halt. Wat een punt eigenlijk. De feitelijke afstand onderscheidt de geestelijke afstand. Het gaat niet meer om de km, in mijn geval. Ik voel het einde van de Camino naderen, en dit gaat snel in het ritme dat ik stap. Aan alles komt een einde. Ik blijf genieten. Wil ik, doe ik. Ook al drukt de warme zon heftig. Het landschap is fantastisch. Licht glooiend, verlaten kleine gehuchtjes en....platgetreden paden. Op dit moment passeren er gegarandeerd ettelijke honderden peregrinos per dag. Allen naar Santiago. Ik ben er deel van. Zonder onderscheid. Met mijn verhaal. Ieder met zijn verhaal. Who cares?
William Strobbe

1 opmerking:

  1. Dag William, ik schuif pas laat aan bij je volgers , al was ik in gedachten wel vaak bij jou en je knie. Je moet nu nog 100 kilometer. Zal ik teruglezen naar het begin toe of vanaf het begin naar het eind toe met je mee lezen/leven. Misschien maakt het niet veel uit. Het is verrassend, die technologie waar ik zo vaak op vloek maakt dit toch mogelijk . Wat een tegenstelling: je hebt de oudste manier van reizen en de modernste manier van communiceren en contact houden.
    ik ben benieuwd of je Mont Blanc plan een ander perspectief krijgt door deze tocht.
    Dag reiziger onder de reizigers , stap maar voort en tot in de zomer. Ik volg je nu op je laatste passen van deze tocht
    David Jan

    BeantwoordenVerwijderen